Om te bepalen hoeveel omzetbelasting (btw) je moet betalen, moet je enkele stappen doorlopen. Hier is een algemene leidraad:

  1. Bepaal de btw-tarieven die van toepassing zijn op je verkopen: In Nederland zijn er drie btw-tarieven:
    • Standaardtarief: 21%
    • Laag tarief: 9% (voor bepaalde goederen en diensten zoals voedingsmiddelen, boeken en medicijnen)
    • Nultarief: 0% (voor specifieke goederen en diensten zoals export)
  2. Bereken de btw over je verkopen (output btw): Voor elke factuur moet je de btw berekenen die je aan je klanten in rekening brengt. Dit doe je door het tarief toe te passen op de verkoopprijs.Bijvoorbeeld:
    • Als je iets verkoopt voor €100 excl. btw tegen het standaardtarief van 21%, is de btw: €100 * 0.21 = €21.
    • De verkoopprijs incl. btw is dan: €100 + €21 = €121.
  3. Bereken de btw over je aankopen (input btw): De btw die je hebt betaald over zakelijke aankopen en kosten kun je aftrekken van de btw die je moet afdragen. Dit is de voorbelasting.Bijvoorbeeld:
    • Als je iets koopt voor je bedrijf voor €100 excl. btw tegen het standaardtarief van 21%, is de btw: €100 * 0.21 = €21.
    • De inkoopprijs incl. btw is dan: €100 + €21 = €121.
  4. Bereken de verschuldigde btw: De te betalen btw aan de belastingdienst is het verschil tussen de btw die je hebt ontvangen van je klanten (output btw) en de btw die je hebt betaald over je zakelijke aankopen (input btw).Formule:

    Te betalen btw = Output btw − Input btw

    Bijvoorbeeld:

    • Output btw (van verkopen): €500
    • Input btw (van aankopen): €300
    • Te betalen btw: €500 – €300 = €200
  5. Periodieke aangifte: Je moet periodiek aangifte doen (per kwartaal, per maand of per jaar) en de verschuldigde btw betalen aan de belastingdienst.

Als je specifiekere informatie nodig hebt of hulp wilt bij een berekening, Bij FlanQ staan we voor je klaar! Kom met ons in contact voor meer informatie.